Paviljoen voor kwetsbare stukken
Elf jaar na de opening van het museum, in 1962, ontwerpt Renaat Braem een voorlopig paviljoen voor een Biënnale voor Beeldhouwkunst. In hetzelfde jaar vraagt het stadsbestuur aan Braem om een permanent museumpaviljoen te ontwerpen. Zo kunnen ook meer kwetsbare stukken worden tentoongesteld. De architect zit in de Raadgevende Commissie van het museum en ziet vrijwillig af van zijn ereloon. Na een lang proces vol voorontwerpen en varianten, start de bouw in 1969.
Inhuldiging in 1971
In 1971 wordt het Braempaviljoen plechtig ingehuldigd, tijdens de Elfde Biënnale voor Beeldhouwkunst. Het paviljoen is nog maar de eerste fase van een veel ambitieuzer project, maar de uitbreiding wordt nooit uitgevoerd. Het ontwerp voorziet dat het gebouw organisch versmelt met het parklandschap rondom. Door de raampjes sijpelt het zonlicht binnen. Het dak bestaat uit bogen die het zonlicht opvangen en verspreiden in het interieur. Deze bogen worden gecombineerd met waterspuwers in de vorm van opstijgende meeuwen.
'Meest gelukte item'
In zijn boek ‘Het schoonste land ter wereld’ (1987) schrijft Braem dat dit paviljoen “(...) een van de best gelukte items uit mijn oeuvre is. De plaats was goed gekozen. Er stonden twee geweldige pijnbomen waarvoor ik beleefd uit de weg ging, wat een gebogen planvorm als gevolg had. Verder is de totaalvorm het resultaat van het streven naar een gelijkmatige verlichting door middel van gebogen dakvlakken die het zonnelicht opvangen en naar binnen toe verspreiden. Er zijn ook verticale ramen aan de noordzijde die voor bepaalde beelden de juiste belichting moeten verschaffen en kleine nissen voor kleinere sculpturen. Voor de toegangsdeur maakt een gebogen wand een uitnodigend gebaar om binnen te komen. De buitenmuren zijn zoveel mogelijk de expressie van de erbinnen heersende krachten. De functionele constructievormen zijn ook doorgedreven in het schrijnwerk.”
Restauratie en nieuwe invulling
In 2012 wordt het nieuwe collectiepaviljoen geopend en komt er in het Braempaviljoen weer ruimte vrij. In hetzelfde jaar beschermt de Vlaamse Overheid zeven realisaties van Renaat Braem. Bij een onderzoek van het paviljoen blijkt dat de lichtstraten niet meer waterdicht zijn. Restauratie dringt zich op. In het najaar van 2013 komt nieuw schrijnwerk en veiligheidsbeglazing. Het gebouw kan opnieuw ingezet worden voor tentoonstellingen, Artist Talks, kinderateliers en andere activiteiten.