Het Braempaviljoen werd sinds Middelheim 2012 en de bouw van het tentoonstellingspaviljoen Het Huis terug hersteld in zijn oorspronkelijke functie: het tonen van fragiele collectiestukken. Dit gebeurt soms in samenwerking met een gastcurator die een eigenzinnige selectie maakt, dan weer stelt het museum zelf bijzondere stukken centraal.
Voor deze collectiepresentatie werd het Groot Schaakspel (1966-67) van Vic Gentils (1919-1997, België) opgesteld, een monumentale installatie met 32 bijzondere stukken. Dit werk is een scharnierpunt in het oeuvre van Gentils, omdat hier de grens tussen het niet-figuratieve en de figuratie zeer dicht benaderd wordt, een grens die hij kort daarop zou overschrijden. De scenografie versterkte de idee van een strijd of het spel van het schaken, en bood ook de fysieke mogelijkheid om de monumentale installatie vanuit verschillende perspectieven te bekijken, voor langere tijd en in alle comfort.
Samen met dit werk werd Gespietst van Reszö Berceller (1912-1992, Hongarije) tentoongesteld. Deze bij ons veel minder bekende kunstenaar werkte aan de andere kant van Europa, gelijktijdig met Gentils, aan een oeuvre dat op het eerste zicht opvallend veel verwantschap vertoont met dat van de Belgische kunstenaar. Het oeuvre van de Hongaar wordt echter getekend door de Tweede Wereldoorlog en de Hongaarse Revolutie van 1956, en is nagenoeg helemaal gewijd aan de ondergang van de mens.